Tussendoelen | Tussendoel 6 Alphabetisch principe |
TUSSENDOELEN BEGINNENDE GELETTERDHEID VOOR DE EERSTE EN TWEEDE KLAS |
De tussendoelen 6 en 7 zijn minder van toepassing in de kleuterklassen:
Tussendoel 6 'alfabetisch principe'
6.1 Kinderen ontdekken dat woorden zijn opgebouwd uit klanken en dat letters met die klanken corresponderen en leggen de foneem-grafeemkoppeling (weten welke (uitspraak) klank hoort bij welk teken, dat wat je hoort kunnen omzetten in dat wat je ziet en omgekeerd).
6.2 Kinderen kunnen door de foneem-grafeemkoppeling woorden die ze nog niet eerder hebben gezien, lezen en schrijven.
Bij welke activiteiten werken we aan dit tussendoel?
Mooie letters schrijven
Als kinderen in de kleuterklas nog niet hun naam kunnen schrijven, kennen ze meestal wel al hun 'eigen letter'. Vaak vergelijken ze hun letter met de letters van andere kinderen en zoeken ze in de namen naar dezelfde letters. In de tekeningen verschijnen op een gegeven moment letters. Soms lange slierten uit de nabootsing opgeschreven tekentjes, soms zwevend in de lucht door de tekening heen. Sommige kleuterjuffen geven kinderen de opdracht om in de klas naar letters te gaan zoeken. De kinderen tekenen de letters na die ze tegenkomen en vragen later wat die letters betekenen.
Sommige juffen lezen voor wat de kinderen hebben geschreven of getekend. Sommige kinderen beginnen spontaan grote letters te leggen van kapla of ander bouwmateriaal. Als ze er om vragen kan de juf ze vertellen welke letter ze hebben gelegd.
In De opvoeding van het kind in het licht der antroposofie zegt Steiner zelf: 'Men kan zich ervan overtuigen, hoe het kind er op uit is te imiteren, als men ziet, dat de kleuter letters natekent, lang voordat hij ze begrijpt. Het is zelfs heel goed, wanneer hij de letters eerst met kleuren nabootst en dan pas later hun betekenis leert kennen
Mooie letters knippen
Kinderen knippen letters uit folders en ander papierwerk en plakken de letters op. 'Juf staat daar mijn naam}'
Aanbevelingen uit Protocol Leesproblemen en Dyslexie (Wentink en Verhoeven, 2001, pag. 39):
Voor het leren herkennen van dit tussendoel is het belangrijk om iets te weten van de natuurlijke en spontane schrijfontwikkeling. De kinderen doorlopen een bepaalde ontwikkeling bij het leren schrijven:
Fase 1: de kinderen geven hun boodschap weer door tekeningetjes
Fase 2: de kinderen maken niet herkenbare krabbels
Fase 3: de kinderen schrijven reeksen van letterachtige vormen of letters
Fase 4: in deze fase gebruiken ze vaak één letter (meestal de eerste letter) voor een
heel woord
Fase 5: De kinderen gebruiken spontane spelling, een soort fonetisch schrift
Wanneer een kind helemaal geen interesse heeft in zelf'schrijven' of als oudste kleuter alleen nog maar krabbels maakt, is het van belang voor de lees en schrijfontwikkeling om daar aandacht aan te besteden.